Beverwijk en de Slavernij
Beverwijk heeft een diepgaand koloniaal verleden dat teruggaat tot de tijd van de slavernij. De stad richt haar aandacht nu op dit verleden, met specifieke focuspunten zoals de Swaen en Susanna Dumion, die leefde van 1713 tot 1818.
Enkele opmerkelijke locaties in Beverwijk zijn de huizen van Clases van Iperen en Akerdam, die beide verband houden met de slavernij. Buitens als Akerdam waren destijds eigendom van prominente figuren, zoals Jan Lapro, de laatste eigenaar van Akerdam, die drie slavinnen bezat, een geschenk van de Sultan.
Daarnaast was Scheybeek een belangrijk gebied in Beverwijk. Gerrit Pater, een inwoner van Beverwijk, vertrok in 1705 naar Suriname om zich daar te vestigen. De stad was verder verbonden met de West-Indische Compagnie via de Wijkermeer en Westhout. Dit bracht een handelsnetwerk met zich mee dat onder andere pelzen, borrels en satijn omvatte.
In deze context blijft Beverwijk haar koloniaal verleden onderzoeken en erkennen, waarbij de invloed van de slavernij op de lokale geschiedenis en infrastructuur centraal staat.